Het verloop van een orkaan gaat heel snel. Daarom houden meteorologen zich ook veel bezig met ronddraaiende wolken op zee, want het zou uit kunnen groeien tot een krachtige orkaan die veel schade aan gaat richten als hij aan land komt. Maar voordat het zover is gebeurt er nog van alles.

Aan het begin zie je vaak kleine ronddraaiende wolkenformaties. Hieruit ontstaat maar heel soms een orkaan, hooguit een zwakke wervelwind. Maar als het wel blijft groeien en zich naar land toe beweegt, dan worden mensen gewaarschuwd voor potentieel gevaar: ze moeten dus klaar staan om eventueel te evacueren.

Voordat de orkaan aan land komt, zijn er al veel harde windstoten. Deze windstoten worden steeds harder naarmate de orkaan dichter bij land komt.

Als hij eenmaal aan land komt, hebben de windstoten hun maximale snelheid bereikt. Ze richten nu veel schade aan, maar niet alleen de windstoten. De orkaan zuigt onderweg naar land ook veel water op en als hij eenmaal boven land is kan hij het niet meer vasthouden en begint het te regenen. Heel hard. De straten lopen al snel vol en het water komt steeds hoger te staan.

Dan komt er een kleine ‘rustperiode’. Hier komt het oog van de orkaan over het gebied heen en is het dus even windstil, totdat de andere kant van de orkaan komt en alles nog een keer gebeurt. Dit kan allemaal gebeuren in een paar uur, maar het kan ook langer duren. Het ergste van de storm duurt meestal een uur of twee, daarna waait en regent het nog wel, maar is de storm voor het grootste deel al over.

Nu kunnen hulpverleners en reddingswerkers dus aan de slag om alle mensen die vast zijn komen te zitten onder het puin, te redden. Soms wordt het de hulpverleners en reddingswerkers ook wel eens te veel, want de gevolgen van een sterke orkaan zijn niet te bevatten.

Gelukkig houden veel mensen in de orkaanzones de wolken goed in de gaten en kunnen ze, door de mensen vroeg te waaschuwen, de meeste schade beperken, maar de huizen zakken nog steeds in en de straten staan nog steeds vol water.